Het ministerie van Financiën heeft EY laten onderzoeken of de Nederlandse douane al brexitproof is. Bij de afspraken uit het huidige Brexit-akkoord zijn 750 nieuwe medewerkers nodig. Komt er een harde brexit, dan heeft de douane behoefte aan 930 extra mensen. ‘Een kleine 500 zijn al aangenomen, laat verantwoordelijk bewindsman Menno Snel weten.

De Nederlandse douane kan niet ineens 930 FTE’s aannemen, vertelt de staatssecretaris. Dit gebeurt in aantallen van 150 medewerkers per keer. ‘Het werven van douaniers gaat vooralsnog door: we blijven gewoon op het beste hopen maar op het slechtste voorbereiden.’

De onderzoekers van EY komen tot de conclusie dat de Douane per 15 oktober 2018 voldoende is voorbereid om per 29 maart 2019 haar Brexit doelstellingen te realiseren. De Douane is tijdig begonnen met de voorbereidingen, is in ruimte mate volledig in de voorbereidingen, heeft een effectieve aanpak voor de voorbereidingen gekozen en de witte vlekken en geïdentificeerde risico’s van de voorbereidingen zijn met additionele inspanningen en versnelling beheersbaar.

• De Douane is tijdig begonnen en in ruime mate volledig in haar interne voorbereidingsactiviteiten, waarbij in het onderzoek geen inhoudelijke onvolledigheden zijn geconstateerd en maar een beperkt aantal procesmatige onvolledigheden zijn gevonden binnen het Programmabureau Brexit. Deze onvolledigheden zijn door de Douane in de periode tot einde 2018 op te lossen;
• De aanpak door de Douane met ‘lijnorganisatie als het kan, Programmabureau Brexit als het moet’ is voor het realiseren van Brexit voorbereidingen een goed passend organisatiemodel. Hiermee is voldoende basis gelegd voor de procesuitvoering van de voorbereidende werkzaamheden van zowel het Programmabureau Brexit als van de deelprojecten in de lijn. Vanaf de zomer 2018 concluderen de onderzoekers een verbetering in de voortgang die zich verder moet doorzetten;
• De witte vlekken en geïdentificeerde risico’s zijn met additionele inspanningen en versnelling beheersbaar. De witte vlekken betreffen het ontbreken van vijf effectieve besturingsmiddelen door het Programmabureau Brexit en de lijnorganisatie. De hoogste drie risico’s betreffen: de piekbelasting op de totale douane organisatie in de laatste vier maanden, het voorkomen van een verloop van nieuwe medewerkers in de eerste twee jaar en de extra druk op integriteitstoetsing en –borging door de uitzonderlijk hoeveelheid nieuw personeel in relatief korte periode.

Bron: Accountancyvanmorgen.nl