Het kabinet  wil niet dat bedrijven aangifte vennootschapsbelasting over 2018 (of over een gebroken boekjaar 2017/18) moeten indienen, terwijl het wetgevingsproces over de Wet spoedreparatie fiscale eenheid nog loopt. Daarom vraagt het de Tweede kamer om het wetsvoorstel in het eerste trimester van 2019 te behandelen  en af te ronden.

Staatssecretaris Menno Snel schrijft medio november een brief met uitleg over de gang van zaken rond het wetsvoorstsel aan de Tweede Kamer. Die vond namelijk dat ze lang hadden moeten wachten over het verslag rond het voorstel.

Als de Kamer het wetsvoorstel niet in het eerste trimester van volgend jaar afrondt, compliceert dit de uitvoerbaarheid voor de Belastingdienst, laat Snel weten.

Voorstel roept veel vragen op

Het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid is op 4 juni ingediend aan de Tweede Kamer. De fiscale eenheid is volgens de staatssecretaris een complexe regeling in de vennootschapsbelasting. Het wetsvoorstel riep dan ook veel vragen op , onder andere over technische onderdelen van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en de Wet op de dividendbelasting 1965.

Op 5 oktober, toen de nota bijna gereed was om naar de Kamer te worden gestuurd, kondigde het kabinet een heroverweging van het pakket vestigingsklimaat aan. Een week later liet de Hoge Raad weten op 19 oktober einduitspraak te zullen gaan doen in de twee zaken die aanleiding zijn geweest voor het indienen van het betreffende wetsvoorstel.

Daardoor is de conceptnota aangehouden. De nota moest zo nodig in lijn worden gebracht met de uitkomst van de heroverweging en met de einduitspraak van de Hoge Raad. Bij de einduitspraak van de Hoge Raad woog mee dat in het verslag ook door verschillende Kamerleden vragen zijn gesteld over de hiervoor genoemde procedures bij de Hoge Raad.

Kortere periode van terugwerkende kracht

De conceptnota moest op bepaalde onderdelen worden aangepast vanwege de op 15 oktober als gevolg van de heroverweging aangekondigde verkorting van de periode van de terugwerkende kracht van de maatregelen  tot en met 1 januari 2018 (in plaats van tot en met 25 oktober 2017, 11.00 uur). De nota is vervolgens op 2 november aan de Kamer aangeboden.

Bron: cmweb.nl